Kerkdienst

voorganger: Hans van der Linden

Daar staan ze dan. Op de grens van het beloofde land.
Daar stonden ze al eerder. Nou ja, de vorige generatie, de generatie van de uittocht uit Egypte.
Toen puntje bij paaltje kwam ontbrak het vertrouwen om de grens over te steken om het beloofde land binnen te gaan. Want het is één ding om mensen uit de slavernij te halen, het is nog iets heel anders om de slavernij uit de mens te halen. Veertig jaar lang hebben ze vervolgens weer door de woestijn gezworven om vrijheid te leren. En nu staat de nieuwe generatie klaar voor de intocht.
Dan houdt Mozes zijn grote afscheidstoespraak die wij kennen als het boek Deuteronomium.
Alle richtlijnen en aanwijzingen om in vrijheid te leven komen opnieuw langs, want leven in het beloofde land is een enorme uitdaging. Hoe bewaak je de vrijheid, hoe breng je de lessen uit de woestijn in andere omstandigheden in praktijk? Want voor je het weet is het beloofde land veranderd in Egypte. Is vrijheid slavernij geworden.
Maar dat heeft ook een keerzijde. Het beloofde land kan overal zijn. Overal waar gerechtigheid en liefde is, daar zie je iets van hoe de wereld echt bedoeld is. Overal waar mensen er voor elkaar zijn en voor elkaar zorgen, licht iets op van het Koninkrijk van God. Waar vriendschap is en liefde daar is God.
Hans van der Linden

De lezingen zijn vandaag: Deuteronomium 24: 17-22 en Lucas 14: 7-14.
We maken vandaag gebruik van Orde A.

Deuteronomium 24: 17-22

17 U moet de rechten van vreemdelingen en wezen eerbiedigen; van weduwen mag u het overkleed niet in pand nemen. 18 Bedenk dat u zelf slaaf bent geweest in Egypte totdat de Heer, uw God, u heeft bevrijd. Daarom gebied ik u zo te handelen.
19 Wanneer u bij de graanoogst op de akker een schoof vergeet, mag u niet teruggaan om die op te halen. Laat hem achter voor de vreemdelingen, weduwen en wezen. De Heer, uw God, zal u erom zegenen in alles wat u onderneemt. 20 En wanneer u bij de olijvenoogst tegen de takken slaat, mag u achteraf niet nagaan of u wel alles hebt. De rest is voor de vreemdelingen, weduwen en wezen. 21 En wanneer u bij de wijnoogst druiven plukt, mag u niet alles nog eens nalopen. De rest is voor de vreemdelingen, weduwen en wezen. 22 Bedenk dat u zelf slaaf bent geweest in Egypte. Daarom gebied ik u zo te handelen.

Lied: psalm 146: 1, 4 e

Lezing uit het evangelie: Lucas 14: 1 en 7 – 14
1 Toen hij op sabbat naar het huis van een vooraanstaande farizeeër ging, waar hij voor een maaltijd was uitgenodigd, hielden ze hem in het oog.
7 Hij vertelde de genodigden een gelijkenis, want hij had gezien hoe ze de ereplaatsen voor zichzelf kozen. Hij zei tegen hen: 8 ‘Wanneer u door iemand wordt uitgenodigd voor een bruiloft, kies dan niet de ereplaats, want misschien is er wel iemand uitgenodigd die voornamer is dan u, 9 en dan moet uw gastheer tegen u zeggen: “Sta uw plaats aan hem af.” Dan zult u beschaamd de minste plaats moeten innemen. 10 Als u wordt uitgenodigd, kies dan de minste plaats, zodat uw gastheer tegen u zal zeggen: “Kom toch dichterbij!” Dan wordt u eer betoond ten overstaan van iedereen die samen met u aan tafel aanligt. 11 Want wie zichzelf verhoogt zal vernederd worden, en wie zichzelf vernedert zal verhoogd worden.’
12 Hij zei ook tegen degene die hem had uitgenodigd: ‘Wanneer u een maaltijd aanbiedt of een feestmaal geeft, vraag dan niet uw vrienden, uw broers, uw verwanten of uw rijke buren, in de verwachting dat zij u op hun beurt zullen uitnodigen om iets terug te doen. 13 Wanneer u mensen ontvangt, nodig dan armen, kreupelen, verlamden en blinden uit. 14 Dan zult u gelukkig zijn, zij kunnen voor u dan wel niets terugdoen, maar u zult ervoor beloond worden bij de opstanding van de rechtvaardigen.’

Zingen: acclamatie (=Lied 339 a)